DT-24-03-251.pdf 535.56 KB 445 downloads
Psychiatrie en Psychotherapie; een recensie van twee boeken ...Vandereycken, W. & Deth, R. van (2003). Psychotherapie, van theorie tot praktijk, 2003, ISBN 90 313 4166 5.
Vandereycken, W. & Deth, R. van (2004). Psyc0hiatrie, van diagnose tot behandeling, tweede herziene druk. ISBN 90 313 4187 8.
In 2003 verscheen van Walter Vandereycken en Ron van Deth: ‘Psychotherapie; van theorie tot praktijk’. Een jaar later publiceerden dezelfde auteurs ‘Psychiatrie; van diagnose tot behandeling’. Het zijn twee mooi uitgevoerde boeken (al hadden iets bredere zijmarges het leesgemak nog verder kunnen verhogen), die in een prettige, tamelijk journalistieke stijl zijn geschreven. Daarbij zijn literatuurverwijzingen in de tekst weggelaten en wordt de lopende tekst regelmatig onderbroken door opvallende ‘kaders’, waarin de auteurs toelichting geven op onderwerpen die in de lopende tekst al zijn genoemd, of waarin zij zijsprongen maken naar onderwerpen die deze lopende tekst niet hebben gehaald. ‘Zakelijke informatie hoeft niet saai te zijn’ en ‘specialistische informatie hoeft niet ingewikkeld te zijn’ zijn de motto’s waardoor de auteurs zich hebben laten leiden.
In ‘Psychotherapie’ worden in afzonderlijke hoofdstukken de belangrijkste hoofdstromen met hun verschillende varianten beschreven: psychodynamische therapie, cliëntgerichte therapie, gedragstherapie, cognitieve therapie en systeemtherapie. Daar omheen zijn drie andere hoofdstukken gegroepeerd met een meer de referentiekaders overstijgend perspectief. Het eerste hoofdstuk gaat over algemene kenmerken van psychotherapie, over sociaal-culturele achtergronden en over indicatiestelling. De laatste twee hoofdstukken gaan respectievelijk over het meten van therapie-effecten en over de mogelijke risico’s van psychotherapie.
‘Psychiatrie’ is de tweede herziene druk van de versie die in 1997 verscheen. Dit boek is in tweeën opgedeeld. In deel een wordt, na een korte toelichting op geschiedenis en het werkveld, het psychiatrisch proces doorgenomen: diagnose, verklaring, behandeling en verloop en preventie. In het veel uitgebreidere tweede deel worden de diverse psychiatrische stoornissen beschreven. Daarbij wordt stelselmatig ingegaan op ‘kenmerken’, ‘verklaringen’ en ‘behandeling’ van deze stoornissen.
Beide boeken zijn geschreven voor een ‘breed publiek’: studenten, geïnteresseerde leken, (potentiële) patiënten en hun naasten, maar ook voor hulpverleners en anderen die professioneel met psychiatrie en psychotherapie te maken kunnen krijgen, zoals advocaten en politieagenten. In die brede opzet zijn de auteurs mijns insziens goed geslaagd. De belangrijkste onderwerpen uit beide vakgebieden worden helder weergegeven. De lezer krijgt een goed overzicht van wat psychiatrie en psychotherapie eigenlijk voor beroepen zijn. In die breedte zit hem echter ook enigszins de beperking en in sommige opzichten zelfs de zwakte van beide boeken. De beperking schuilt erin dat de boeken niet kunnen worden beschouwd als leerboeken die in de opleiding tot psychotherapeuten en psychiaters kunnen worden gebruikt. Dat is ook, geloof ik, niet de pretentie van de auteurs. Zeker niet waar dit het psychiatrieboek betreft. De zwakte schuilt in het feit dat, door psychotherapie en psychiatrie op hoofdlijnen te beschrijven, de indruk wordt gewekt dat ‘alles eigenlijk wel goed is’. Of op zijn minst dat ‘alles wel zijn goede kanten heeft’. Ik doel dan vooral op het psychotherapieboek, waarover ik als psycholoog en psychotherapeut immers het beste kan oordelen. Binnen de psychotherapie heerst bij velen het hardnekkige idee dat het goed is dat er diverse soorten psychotherapie bestaan. Op deze wijze zou er voor iedere patiënt wel ‘wat wils’ zijn. Het boek van Vandereycken en Van Deth past, alleen al door zijn opzet, binnen deze traditie. Persoonlijk behoor ik tot de psychotherapeuten die niet zo houden van deze pluriformiteit. Ik geloof in het zoeken naar een meer uniforme op wetenschappelijke principes gebaseerde psychotherapie. Vanuit zo’n standpunt zou een boek over psychotherapie meer keuzes voor het uniforme mogen maken dan Vandereycken en Van Deth doen. Zij neigen er sterk naar om tegengestelde opinies volgens de journalistieke principes van hoor en wederhoor te beschrijven. In een minder pluriforme opzet zou aan een aantal van die tegengestelde opinies zijn voorbij gegaan, of ze zouden vanuit een meer polemische invalshoek zijn beschreven.
Neemt allemaal niet weg dat ik ‘Psychotherapie’ een aanrader vindt voor iedereen die op toegankelijke wijze in de breedte wil worden geïnformeerd over ‘de’ psychotherapie. Datzelfde geldt voor ‘Psychiatrie’. Als psychotherapeut reken ik mijzelf alvast tot de doelgroep van gebruikers van dit laatste boek.